Kleine uitgaven in de loop van de week kunnen aardig oplopen tot maandelijks een groot bedrag. Denk bijvoorbeeld aan je dagelijkse meeneemkoffie, bij die bekende Amerikaanse koffieketen waar ze je naam op je bekertje zetten. Zeer winstgevend. Daarom zie je dit soort coffee-to-go winkels tegenwoordig op bijna iedere straathoek.
Of wat dacht je van die chocoladereep die je meepakt de kassa (en die ligt daar niet voor niets natuurlijk, op die strategische plek, waar je moet wachten in de rij).
Dit ‘ongemerkt weglekken’ van geld wordt ook wel de ‘Latte-factor’ genoemd.
Een voorbeeld. Een collega gaat met de trein naar zijn werk. Haar heenreis duurt ruim een uur. Iedere werkdag koopt zij een beker koffie van 5 euro. Soms met iets erbij nog, een cakeje of een koek. Soms ook op de terugweg. Reken uit: 20 werkdagen per maand. Maal 5 euro. Dat is dus al 100 euro per maand. Voor een paar slokken koffie.
Een enorme bespaarpost. Neem dus zelf je koffie mee. In een thermoskan. Mijn collega kan zo jaarlijks ruim 1.200 euro besparen. Dat is toch weer een paar weken op vakantie. Of een mooi bedrag dat belegd had kunnen worden.
Bewustwording van je eigen aankoopgedrag helpt hier goed tegen. Neem dus vooral je eigen eten mee. Of neem je koffie mee als je op weg gaat (kosten: hooguit 50 eurocent) in plaats van die 4,- euro die je betaalt voor die ‘Amerikaanse’ koffie.
